Johan Schoonderwoerd, scheidend DGA De Bink

Johan Schoonderwoerd nam op 1 juli 2012 na 30-jaar afscheid als directeur-eigenaar van drukkerij De Bink in Leiden. Voor dit feit en zijn inzet op maatschappelijk en sportief vlak werd Schoonderwoerd drie dagen voor zijn afscheid ook tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau benoemd.

“Waarom heb jij de bedrijfsleiding overgedragen aan vijf mensen?”
“Drie ervan zaten al in het managementteam: Lucas Mevius als technisch, Madelon Breedveld als financieel en Zeger van der Plas als verkoopdirecteur. Maar ik vond dat zij gezamenlijk nog niet alle kwaliteiten hadden. Daarom heb ik Carl Smit van het voormalige TDS erbij gehaald als productieleider. Ik wilde er ook nog een jonge hond bij hebben. Marco van der Krogt zit op verkoop buitendienst maar weet alles van Facebook en twitter.”

“De nieuwe eigenaren moeten jouw principes trouw moeten blijven, vertelde je. Welke zijn dat?”
“Goed voor de mensen zijn. Als jij dat bent dan zij ze dat ook voor jou. Mensen zijn belangrijker dan al die rottige machines. Bij de Bink is het gemiddelde dienstverband 14 jaar en mensen zijn nooit via sollicataties, maar altijd via via binnengekomen. We hebben ook de beschikking over een fysiotherapeute en mensen kunnen gratis terecht bij de sportschool.”

“Had je geen opvolger in jouw familie?”
“Ik heb twee dochters, waarvan Bianca in het bedrijf werkt. De andere, Brigitte heeft een eigen communicatiebureau en doet op die manier ook wat voor het bedrijf. Maar in 2010 gaven zij al aan, dat zij het niet gingen overnemen. “Pa, jij hebt zo hard gewerkt, dat gaan wij niet doen.” Dat gaf duidelijkheid en was tegelijk de eerste stap naar een andere overdracht. Daarnaast was er het besef dat ik nog vrij jong ben, maar toch niet meer vernieuwend. Ik begon tegen elk nieuw ding op te zien. Dat is niet goed voor het bedrijf.”

“Kwam je als drukkerszoon automatisch in het bedrijf terecht?”
“Wij woonden vroeger boven de drukkerij, maar ik wilde eigenlijk sportleraar worden. Toen ik mijn best niet deed op de middelbare school heeft mijn vader mij naar de grafische MTS gestuurd. Na militaire dienst ben ik begonnen bij de Staatsdrukkerij om ervaring in een ander bedrijf op te doen. Na 6,5 jaar kwam ik bij mijn vader in het bedrijf. Ik ben begonnen op de planning en daarna op de verkoop terechtgekomen. Ik ben helemaal niet technisch, in de drukkerij maak ik er een knoeiboel van. Maar ik weet wel wat ik mooi of lelijk vind.”

“En welke kant gaat het op in de sector?”
“Ben je over een aantal jaren nog een productiebedrijf of moet je puur toeleggen op verkoop? De markt krimpt per klant en je hebt steeds meer klanten nodig om je mensen aan het werk te houden. Mijn dochter is bezig een nieuw marketingplan te schrijven. Daarvoor vragen we de top-30 van onze klanten wat zij als onze toegevoegde waarde zien. Misschien willen ze er wel communicatieadvies bij?”

“Jullie zagen al snel het gat in de markt van de drukwerkaanbesteding?”
“We zijn al vanaf 1996 bezig met aanbestedingen en het is nu onze corebusiness die goed is voor de helft van de omzet. We zijn al die jaren langzaam gegroeid, in 1982 hadden we 27 mensen en nu zitten we op 58. We zijn zelfs vorig jaar stiekem nog wat gegroeid. Door die samenwerking met Opmeer en voorheen TDS konden we ook altijd klankborden.”

“En wat nu is de grote vraag?”
“Ik ben sinds zeven jaar betrokken bij een weeshuis in Indonesie en sinds twee jaar als bestuurslid. Er zitten 25 kinderen en in een nieuw onderkomen dat we vorig jaar hebben gebouwd kan dat groeien naar 100. Maar daar is geld voor nodig. Ik ga er ook een of twee keer per jaar naartoe. Mijn vrouw komt uit Suriname en ik wil me daar ook gaan inzetten voor weeskinderen. Ik ben gevraagd voor advieswerk voor het PUM, maar ik wil even niets in de grafische industrie. Dat komt misschien wel over een jaar.”

Related Posts